In een recente zaak in Purmerend heeft de kantonrechter een belangrijke beslissing genomen ten gunste van een bewoner in een zorgcomplex. Stichting Raguel eiste de ontruiming van het appartement, maar de rechter heeft anders beslist.
Stichting Raguel, beheerder van het zorgcomplex in de Purmerendse wijk Weidevenne, had de huurovereenkomst willen ontbinden nadat de zorgovereenkomst met de bewoner was opgezegd. Dit leidde tot een juridisch geschil over het recht op verblijf in het zelfstandige appartement.
De rechter heeft geoordeeld dat de opzegging van de zorgovereenkomst niet rechtsgeldig was. Ondanks claims van Stichting Raguel dat de bewoner zelfstandig functioneert en geen zorg meer behoeft, is vastgesteld dat er geen afdoende bewijs hiervoor bestaat. De bewoner heeft nog steeds een medische indicatie voor zorg, waardoor de beëindiging van de zorgovereenkomst ongegrond is verklaard.
Bovendien benadrukte de rechter dat de huurovereenkomst los staat van de zorgovereenkomst. Aangezien de zorgovereenkomst voortduurt, ontbreekt de juridische basis om de huurovereenkomst te beëindigen. Bezwaren van Stichting Raguel over overlast door de bewoner werden door de rechter terzijde geschoven, gezien het beperkte aantal recente meldingen van overlast.
De eis tot ontruiming is afgewezen door de kantonrechter. Bovendien is Stichting Raguel veroordeeld tot het betalen van de proceskosten van de bewoner, wat neerkomt op €510,-. Dit betekent dat de bewoner zijn recht behoudt om in zijn appartement te blijven wonen, waar hij de nodige zorg en begeleiding kan ontvangen.